Het is Galungan en Kuningan. Het belangrijkste Hindoe feest op Bali. De Balinezen vieren namelijk de overwinning van het goede over het kwade. Ook komen de geesten van de overleden voorouders terug op aarde.
Een keer in de 210 dagen, als bepaalde dagen van de weken van de Balinese kalender samenvallen, is het Kuningan. De 10 dagen daarvoor is het Galungan. Iedereen is vrij rond die dagen en alle families komen bij elkaar om hun overleden voorouders te ontvangen. En deze voorouders moeten natuurlijk wel leuk ontvangen worden. Daarom zijn alle tempels, huizen en straten versierd. Zo zie je nu overal langs de weg penjors. Dat zijn versierde bamboostokken tot wel 10 meter hoog met daaraan hangend een van palmbladeren gevlochten Devi Sri. Zij/Hij is de godin van de vruchtbaarheid en de rijstteelt.

Ook de goden komen naar de aarde, waardoor de Balinezen het heel druk hebben met ceremonies en offers. Op de laatste dag, tijdens Kuningan verlaten ze de aarde weer. Ook komt op deze laatste dag Acintya, de oppergod, naar de aarde om iedereen te zegenen.
Galungan en Kuningan, de overwinning van het goede over het kwade
Naast het ontvangen van de geesten en goden vieren ze ook de overwinning op het kwade. Op straat zie je jongeren die muziek maken en een soort toneelstukje opvoeren met een dansende draak, de barong. Hele avonden zijn ze ermee bezig (zie filmpjes beneden). De Barong staat voor de goede geest of iemands ‘beschermengel’ die ieder mens tijdens zijn leven vergezelt. In de Barong-dans vecht de draak tegen zijn tegenstander genaamd Rangda. Rangda vertegenwoordigt het kwaad. Zo gaan deze dansende draken langs alle huizen en herstellen het goede en kwade in de buurt. Deze dans wordt gecoördineerd op het ritme van de gamelan, een percussie-instrument dat specifiek is voor Bali en Java.
Het is nu weer rustig op de straten. De balans tussen goed en kwaad is hersteld en de geesten van de voorouders weer terug naar waar ze vandaan kwamen. Vanaf nu zijn de Balinezen bezig met het volgende grote feest, namelijk Nyepi day.